Apparaatinstellingen wijzigen - Windows
Je kunt voor Windows-apparaten instellingen maken op Apparaatniveau en op Gebruikersniveau. In dit artikel leggen we je uit wat apparaatinstellingen zijn en welke instellingen je kunt maken. In het artikel Gebruikersinstellingen wijzigen leggen we uit hoe je gebruikersinstellingen kunt wijzigen.
Apparaatinstellingen
Dit zijn instellingen die voor Windows-apparaten gemaakt worden. Dat betekent dat ze gelden voor iedereen die op het Windows-apparaat werkt. Het Windows-apparaat moet in een groep te zijn geplaatst om instellingen te kunnen maken.
- Open Apparaatbeheer en ga links naar Instellingen
- Kies Windows
Globale voorkeuren
Onder dit kopje staan enkele algemene instellingen:
Algemeen
Bij de meeste instelmogelijkheden staat onder de instelling “Overgenomen van de systeemstandaard”. Er zijn drie systeemstandaarden op basis van een template. Deze templates bevatten de door ons aanbevolen instellingen voor leerlingapparaten, personeelsapparaten en digiborden. Door een groep aan te maken en deze te koppelen aan een template krijgen automatisch alle apparaten die aan deze groep gekoppeld worden de juiste instellingen.
Werkwijze per instelling:
- Kies de apparaatgroep waarvoor je een instelling wilt aanpassen.
- Wijzig de instelling en sla deze op.
Het is ook mogelijk om een instelling te maken voor een van de templates. Deze instelling wordt meegenomen voor alle onderliggende apparaatgroepen.
Tabblad Gebruikerservaring
Autopilot reset inschakelen: Inloggen naar het bureaublad via het MOO aanmeldscherm
Diagnostische gegevens versturen: De apparaten zijn zo ingesteld door Windows, dat ze automatisch diagnostische gegevens naar Microsoft versturen. Diagnostische gegevens omvatten informatie over de apparaten, de instellingen en mogelijkheden, en of het naar behoren functioneert. Dit is het diagnostisch niveau dat minimaal benodigd is om de devices betrouwbaar en veilig te houden met goede prestaties.
Tabblad Windows updates
Hier kun je bepalen op welk moment updates geïnstalleerd moeten worden; security-updates komen altijd meteen door.
Tabblad Windows licentie
Windows 10 Educatie licentiesleutel: het is mogelijk om Windows Home/Pro apparaten om te zetten naar een Education versie door een education licentie toe te voegen.
Upgrade vanuit Windows 10 S: het is mogelijk om een Windows 10 S modus werkstation om te schakelen naar een Education versie.
Apparaatvoorkeuren
Je ziet het kopje Apparaatvoorkeuren met daaronder de aanduiding van de groepen, een aantal tabbladen en per tabblad een aantal instelmogelijkheden:
Algemeen
Bij de meeste instelmogelijkheden staat onder het item “Standaard” of “Overgenomen van de schoolstandaard”. De Systeemstandaard is de instelling die de voorkeur heeft vanuit de Schoolstandaard.
Werkwijze per instelling:
- Kies de apparaatgroep waarvoor je een instelling wilt aanpassen.
- Wijzig de instelling en sla deze op.
Het is ook mogelijk om een instelling te maken voor de Schoolstandaard. Deze instelling wordt meegenomen voor alle onderliggende apparaatgroepen.
Maak meteen een instelling voor alle groepen of kies een groep en maak voor deze groep afwijkende instellingen via Wijzigen.
Tabblad Gebruikerservaring
- Loginscherm aanpassen; hier kan een aangepaste afbeelding in het inlogscherm gekozen worden.
Bitlocker inschakelen: BitLocker is een service die wordt aangeboden in het Microsoft Windows-besturingssystemen waarmee gebruikers gegevens op hun harde schijven kunnen versleutelen.
Let op! Het wordt afgeraden om bitlocker en het gedeelde apparaatbeleid tegelijkertijd in te schakelen om om te voorkomen dat de apparaten erg langzaam worden.
- Inloggen zonder domeinnaam: Inloggen zonder domeinnaam zorgt ervoor dat de gebruiker alleen de gebruikersnaam in hoeft te vullen om in te loggen. Het domein is al automatisch ingevuld.
- Energiebesparing: Hier kunnen instellingen gemaakt worden die bepalen wanneer een werkstation in slaapstand gaat, of wanneer het scherm wordt vergrendeld.
- Websign-in: deze instelling zorgt ervoor dat de Inlogassistent van MOO beschikbaar bij het inloggen. Deze instelling is vooral handig voor Windows-apparaten die in groepen staan waarmee leerlingen werken.
Tabblad Restricties
- Bluetooth toestaan
- Camera toestaan
- GPS toestaan
Tabblad Gedeelde apparaten
- Gastgebruiker toestaan: linksonder in het inlogscherm is de gastgebruiker beschikbaar; zo kan een gebruiker die geen schoolaccount heeft, toch gebruik maken van de computer
- Lokale opslag toestaan: maakt het mogelijk om alle opslagruimtes zoals de C-Schijf en eigen opslag zoals Documenten, Afbeelding te benaderen. Zo kunnen lokaal bestanden worden opgeslagen
- Fast signin: Onthoudt de laatste gebruikersnaam bij het inloggen
Optimaliseren voor gedeeld gebruik maakt het mogelijk dat een werkstation door meerdere gebruikers in gebruik kan worden genomen
Let op! Het wordt afgeraden om bitlocker en het gedeelde apparaatbeleid tegelijkertijd in te schakelen om te voorkomen dat de apparaten erg langzaam worden.
Tabblad Office Suite
- Office distribueren: Als deze instelling AAN staat, kan gekozen worden welke desktop apps van Office Suite geïnstalleerd worden. Let wel: de gebruikers van de computers dienen over een E3-licenties te beschikken om deze apps te kunnen gebruiken.
In deze rondleiding laten we je in het kort zien wat de mogelijkheden van Apparaatbeheer zijn.